1 november Nationale Natuurwerkdag op C-Bèta

  1 november 2024  |    Nieuws

Op vrijdag 1 november heeft C-Bèta met succes deelgenomen aan de Nationale Natuurwerkdag, een initiatief van LandschappenNL. Vrijwilligers hielpen enthousiast bij het aanplanten van een mini-klimaatbos en het creëren van habitats voor insecten, amfibieën en kleine zoogdieren op kavel V2, waar ook de bloemenweide en verticale tuin te vinden zijn. Met steun van Stichting MEERGroen en de C-Bèta community werd het een productieve en groene dag, afgesloten met een gezellige borrel.
Achtergrondinformatie

C-Bèta en Kavel V2
Samen met Stichting MEERGroen experimenten we op C-Bèta en kavel V2 met het maken van verschillende biotopen. Een biotoop is een gebied in de natuur waar verschillende planten en dieren samenleven. Het kan bijvoorbeeld een bos, scheg of bloementuin zijn. In een biotoop passen de planten en dieren goed bij elkaar en bij de omgeving, zoals de bodem, het water en het weer. C-Bèta en kavel V2 lenen zich goed als experimenteer locatie voor het verhogen van de biodiversiteit in het typische Nederlandse polderlandschap. Op de kavels hebben we namelijk een monumentale hoeve met een cultuurhistorische voortuin, landbouwgrond, bloemenweide, kas en een scheg.

Op kavel V2 experimenteren we bijvoorbeeld met een verticale tuin; een zanderige terp opgebouwd uit zanderige kleigrond, oude dakpannen en aangeplant met allerlei kruiden. In deze verticale tuin nestelen zich wilde bijen, vlinders, oeverzwaluwen en egels. Verder maken we een mini-klimaatbos waar zaailingen kunnen opgroeien tot volwassen bomen, C02 wordt opgeslagen en als schuilplek dient voor allerlei dieren. Verder maken we op kavel V2 takkenrillen en stammenwallen waar egels, roodborstjes, winterkoninkjes, padden, kikkers, slakken, spinnen, hagedissen, wilde bijen en vlinders zich in kunnen nestelen, schuilen of voeden. De rest van de kavel ingezaaid met 1, 2 of meerjarige bloemen en kruiden. Over de kavel loopt een wandelpad en naast de verticale tuin richten we een buitenklaslokaal geschikt voor natuureducatie.

De scheg (=bufferzone)
Tussen kavel V2 en C-Bèta ligt een scheg met flauwe taluds. Een talud is een aangelegde schuine oever overgang. Het aanleggen van een schuine taluds heeft als voordeel dat er een geleidelijke overgang tussen land en water ontstaat met allerlei microhabitats. In deze scheggen groeien onder andere riet, lisdodde, gele lis, watermunt en wilgen. In het water zwemmen kleine modderkruipers, zeelt en baars. Er vliegen libellen, vlinders, waterkevers, bijen en waterhoenen, meerkoeten, rietgorzen, rietganzen, en kleine karekieten. En er kruipen en lopen kikkers, padden, hermelijnen, marters, veldmuizen, mollen en hazen.

C-Bèta
Het Boerenerf van C-Bèta is meer gecultiveerd, maar kent daarom niet minder biodiversiteit. Door het wandelpad over het erf en door het hazelnotenbos te bewandelen leer je hoe het erf bijdraagt aan een biodiversiteit in de polder. Het hazelnotenbos is naast een productief bos ook een uitstekende schuil en nestelplek voor marters, hazen, fazanten, bunzingen en ransuilen en andere kleine zoogdieren. In de naastgelegen groentetuin, fruitstruiken pluktuin en kruidentuin met bijenkasten zwermt het van de insecten en vogels. Rond het erf van C-Bèta zijn Zeeuwse hagen aangeplant. Om en in de oude Hoeve en bijhorende tuin wonen boerenzwaluwen, steenuilen en vleermuizen. In de bijeenkomstruimte van de kas kunnen schoolklassen en andere groepen worden ontvangen om te leren over planten en voedsel. In de productieruimte van de kas bijhorend groente/schooltuintje wordt voedsel geproduceerd.