7 juni 2023 | Innovatie, Nieuws
VNO-NCW publiceerde een interview met Intralox en SEGRO, twee bedrijven op Schiphol Trade Park die elk uit eigen overweging meedoen aan het Energiecollectief op Schiphol Trade Park. Hieronder is het gehele interview te lezen.
YES WE CAN: DEZE BEDRIJVEN OP SCHIPHOL LOSSEN ZÉLF NETCONGESTIE OP
Over de A4 zoef je er zo aan voorbij, maar op een bedrijventerrein op tien minuten van de luchthaven is iets bijzonders aan de hand. Twee jaar geleden sloegen vijftien bedrijven op het Schiphol Trade Park de handen ineen om als energiecollectief een oplossing te zoeken voor het capaciteitstekort op het stroomnet. Hoe is ze dat gelukt?
Het begon allemaal in de zomer van 2021. Toen kwam aan het licht dat er geen energiecapaciteit was voor nieuwe bedrijven op Schiphol Trade Park, een voormalig weiland dat nu dient als bedrijventerrein dat volop pioniert op het gebied van duurzaamheid. Er staan vooral distributiecentra met groene gevels en daktuinen, logistieke bedrijven, een producent van gerobotiseerde schoonmaakmachines en een groot hotel voor zakenlui.
‘We hadden na een heel lang traject net de vergunning rond om daar een tweede fabriek en hoofdkantoor te bouwen, toen bleek dat we geen aansluiting voor stroom kregen. Er was geen plek meer voor ons op het stroomnet’, vertelt Jeroen Neuhof, directeur van de Europese tak van Intralox, leverancier van transportoplossingen voor de industrie. ‘Ongelofelijk toch? Zo veel buitenlandse bedrijven kiezen voor Nederland vanwege de goede infrastructuur. Het kan toch niet zo zijn dat energie dan achterblijft? Erg frustrerend.’
Verhuizen door netcongestie?
Een andere uitbreidingslocatie voor dit Amerikaanse familiebedrijf was geen optie, omdat het met zijn Europese hoofdkantoor, fabriek en driehonderd medewerkers al dertig jaar gevestigd is in de regio Amsterdam. Verhuizen naar een andere regio en daarmee alle werknemers opzadelen met een lange reis naar hun werk, was gewoonweg geen optie. ‘We stonden dus met onze rug tegen de muur.’
‘HOE KAN IN NEDERLAND DE ENERGIE NOU ACHTERBLIJVEN?’
Neuhofs zoektocht naar meer plek op het stroomnet ging langs de provincie, netbeheerder Liander, het ministerie van EZK en zelfs de Amerikaanse ambassade in Nederland. Het leidde tot niks. Daarom besloot hij een tijdelijke oplossing te zoeken met een off-grid pand, zodat hij toch kon uitbreiden. ‘We hadden sowieso al zonnepanelen geplaatst om het pand van groene stroom te voorzien. Voor als die onvoldoende energie zouden leveren, waren we bezig met een gasgenerator als backup. Dat was natuurlijk een oplossing van niks. Duur, technisch ingewikkeld en ook nog eens niet duurzaam.’
Samen delen
En toen kwam dat telefoontje van Schiphol Area Development Company (SADC). Deze gebiedsontwikkelaar, die Schiphol Trade Park het groenste en meest innovatieve business park ter wereld wil maken, was met technologiebedrijf Spectral al een tijdje bezig om het bedrijvenpark nog duurzamer te maken met de ontwikkeling van een slim energienet. Door het acute capaciteitstekort op het net was dat in een stroomversnelling geraakt.
Het voorstel: de oprichting van een collectief waarbij bedrijven hun gereserveerde gecontracteerde stroomcapaciteit met elkaar delen om zo de drukte op het net te omzeilen. Hoe? Door middel van een lokaal, virtueel stroomnetwerk dat de gezamenlijke belasting op het stroomnet bewaakt door constant het stroomverbruik te meten. Zo kunnen bedrijven zónder of met te weinig capaciteit de ongebruikte capaciteit van bedrijven mét capaciteit gebruiken. Veel goedkoper dan gasgeneratoren gebruiken, en vooral veel duurzamer.
‘SAMEN KOM JE VERDER’
Was iedereen enthousiast?
Neuhof reageerde enthousiast. En dat is logisch: het zou direct zijn probleem oplossen, en dat van negen andere bedrijven op het Schiphol Trade Park. Maar waren de bedrijven die wél al een aansluiting hadden net zo enthousiast?
‘Wij waren niet degenen met een probleem’, zegt Eelco Ouwerkerk, directeur van SEGRO Netherlands, onderdeel van de Britse investeerder SEGRO Plc. Dit concern ontwikkelt, beheert en verhuurt logistiek en industrieel vastgoed. ‘Wij hadden gewoon een elektra-aansluiting met voldoende gecontracteerd vermogen om het gebouw en onze klanten te laten functioneren. Toch sprak het idee voor een collectief ons aan. Want samen kom je verder. Het draagt bij aan onze eigen duurzaamheidsdoelstellingen én aan de noodzakelijke energietransitie. Wij hebben daarom niet één tel getwijfeld.’
Natuurlijk heeft Ouwerkerk zich na zijn eerste enthousiasme wel even achter de oren gekrabd. ‘Zijn er geen risico’s? Als een ander onze capaciteit gaat gebruiken, is er dan wel altijd genoeg capaciteit voor onszelf? Het antwoord daarop is van meet af aan volmondig ja geweest. Op het moment dat we onze gecontracteerde capaciteit zelf nodig hebben, is het beschikbaar. Dat regelt het systeem. Dat stelde me gerust.’
Te clean
Eén ding zat hem niet helemaal lekker. Het ging in de overleggen vooral over hoe de bedrijven in praktisch opzicht de file op het stroomnet konden omzeilen. ‘Daarbij werd het mij iets te zakelijk en te clean. Toen heb ik gezegd: als dit het verhaal blijft, dan weet ik niet of ik nog zo enthousiast ben. Een van mijn buren is een regelrechte concurrent van me. Ik vind het zelf wel leuk om hem te helpen, omdat ik hem een aardige gozer vind, maar intern krijg ik dan wel de vraag: beste Eelco, je helpt de buurman om klanten voor onze neus weg te kapen, waar ben je mee bezig?’
En toen werd het hem duidelijk: de reductie van CO2-uitstoot én bijdragen aan de energietransitie, dát moest in het gezamenlijke verhaal meer op de voorgrond komen. Zo kon hij het plan en de deelname goed plaatsen binnen de doelstellingen van SEGRO. ‘De bedrijven met gecontracteerde capaciteit hadden eigenlijk geen financiële stimulans om aan het collectief deel te nemen. Wel zijn er zeer dringende maatschappelijke doelstellingen. Als je daar in je verhaal de nadruk op legt, heb je ineens een veel betere reden om wel mee te doen. Want het reduceren van de CO2-footprint staan tegenwoordig in iedere boardroom op de agenda. Dan is dit een gratis initiatief en eigenlijk een no brainer.’
Andere ondernemers die als gevolg van de massale elektrificatie van Nederland geïnteresseerd zijn om ook zo’n energiecollectief op te richten, adviseert Ouwerkerk om eerst eens te gaan praten met andere, omliggende bedrijven. Want pas met meerdere partijen heeft het zin om je te melden bij de betreffende netwerkbeheerder.
‘HET TERUGDRINGEN VAN CO2 STAAT IN IEDERE BOARDROOM OP DE AGENDA’
Beleidsmakers
Ook Neuhof wilde zeker weten dat er voldoende stroom voorhanden zou zijn en raakte al snel overtuigd. Zijn bedrijf gebruikt vooral overdag stroom, terwijl het naastgelegen hotel het grootste deel van het stroomgebruik ’s avonds en ’s nachts heeft. ‘Dan hoef je dus niet te zorgen voor twee aansluitingen met volledige capaciteit als je tussen die twee gebruikers de zaak verdeelt en zorgt dat er met zonnepanelen, batterijen en, als het echt niet anders kan, een gasgenerator een beetje aanvulling is voor de piekmomenten.’
Er is ook een rol weggelegd voor beleidsmakers, vindt Neuhof. Intralox en de andere bedrijven zonder capaciteit stapten in het energiecollectief op Schiphol Trade Park omdat ze gewoonweg geen andere keuze hadden. Volgens hem zou dat eigenlijk niet nodig hoeven zijn. Hij zegt dat netbeheerders en overheden er slim aan doen proactief de interesse van bedrijven te wekken, ook als die nog niet met hun rug tegen de muur staan. Want als er meer bedrijven zijn die de handen ineen slaan om dit soort slimme netwerken te creëren, zijn er minder kilometers aan ondergronds koper nodig voor de elektrificatie van Nederland. Dat bespaart geld en heel veel tijd.
‘NU KUNNEN WE ZEGGEN: HET FUNCTIONEERT ALS EEN JEKKO’
Netcongestie opgelost
Het eerste virtuele netwerk van Nederland is nu iets langer dan een jaar ‘in de lucht’. Merk je daar verder ook iets van? Nee, zegt Ouwerkerk. ‘Ook de partijen die nog geen aansluiting hadden, hebben nu volledig operationeel energie zonder dat er gasgeneratoren aangezet hoeven te worden. Met andere woorden: we creëren geen CO2-uitstoot, we maken geen kosten om brandstof in die apparaten te stoppen. Dus ja, we merken er eigenlijk wel iets van. Het functioneert namelijk als een jekko.’